Ondanks het relatief lage aantal faillissementen sinds de coronacrisis, hebben veel ondernemers te maken met financiële problemen. Hulporganisaties constateren een toenemend aantal ondernemers die om hulp vragen. Bij juridisch dienstverlener DAS zien ze dat het probleem zich veel voordoet bij aannemers. Klanten betalen vaak aanzienlijke bedragen vooruit, waarna het stil blijft. Wanneer er vervolgens beslag wordt gelegd op de bankrekening valt er niets of nauwelijks iets te halen.
Veelal geen kwade opzet maar een teken van financiële problemen bij veel aannemers. Dit leidt tot zowel voor ondernemers als consumenten tot onplezierige situaties. Maar andersom komt ook voor, dat klanten de rekening niet betalen. Vaak omdat er een geschil is over het geleverde werk.
Ondernemers doen er goed aan om risico’s op late betalingen te minimaliseren door effectief debiteurenbeheer, het nakomen van afspraken en het vermijden van onhaalbare opdrachten. Neem bijvoorbeeld geen klussen aan die je niet kunt waarmaken, offreer eerder te ruim dan te karig (om te voorkomen dat je moet bijleggen) en maak heldere betaalafspraken met klanten en leveranciers zodat je zicht hebt op je cashflow.
Voor klanten geldt: doe nooit een grote aanbetaling. Zo voorkom je dat je veel geld kwijtraakt als een bedrijf failliet gaat. In de wet is geregeld dat 50 procent van de koopsom als aanbetaling in rekening mag worden gebracht.
Als een bedrijf failliet is verklaard, moet je je tot de curator wenden. Die vraag je of de overeenkomst gestand gedaan wordt (lees: toch wordt nagekomen). Als dat zo is, dan krijg je alsnog geleverd. Als dat niet zo is dan kun je de koop ontbinden en de curator vragen om je terugbetalingsvordering op de lijst van voorlopig erkende crediteuren te plaatsen. En dan ben je de laatste in de rij van schuldeisers.
Dit is een expertquote van SupportSjaak Drinkenburg
Bestel nu de beste boeken over Ondernemerschap!
Via onze partner managementboek.nl